Het is bijna volbracht. Nog 4 dagen. Dan is het pasen. Eindelijk. Tijdens deze 40 dagen heb ik griep gehad, een nogal intensieve migraineaanval, een oorontsteking (!) en nu ben ik verkouden. Nu, we zullen maar denken dat het lichaam zich langzaam aan het reinigen is. Alle virussen die nog in mijn systeem achter waren gebleven worden met grof geweld mijn lymphesysteem uitgewerkt. En ik kan me goed voorstellen dat je dat als jezelf repecterend virus niet zo maar, zonder slag of stoot, laat gebeuren.
De grootste uitdaging de afgelopen weken was echter niet mijn fysieke gesteldheid (alhoewel dat volkomen legitiem zou zijn geweest), maar de stemmen. Tijdens de meditatie probeer je je te concentreren op de mantra, op de positie. Dat blijkt echter enorm ingewikkeld door het eeuwige, nooit stoppende geblaat in mijn hoofd. Het lijkt wel een orkest van stemmen. Over de meest krankzinnige zaken: het herkauwen van gesprekken, televisiedialogen, wat ik morgen aan ga doen, hoe laat ik op moet, wat ik op werk nog moet doen. Bla bla bla...Alles is goed, zolang ik me maar niet concentreer op de mantra, de yoga, het gebed. En als ik dan een deel van mijn geest gefocussed heb, verbaast een ander deel zich erover dat het zo goed gaat, of het nog lang goed zal gaan.
Als ik de sopranen rustig heb dan beginnen de tenoren weer te roepen. En daar zit em ook precies het probleem. Want ik ben de sopranen, de tenoren, de bassen, de alten etc. etc. Ik denk dat ik de manier heb gevonden. Ik laat iedereen praten. Zoals gezegd alle stemmen zijn een onderdeel van me. Dus in plaats van me tegen de stemmen te verzetten, laat ik ze praten, accepteer ik ze, totdat ze door hebben dat het voor ons allemaal beter is om te concentreren op de mantra.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten